Deep Rising

Deep Rising lag ergens in een verzamelbak te wachten op een nieuwe eigenaar. In alles straalde de hoes guilty pleasure uit. Een film gedraaid op laag budget met goedkope effecten, steunend op verhaalstukjes die eerder en beter zijn gebruikt. Zoiets. De critici waren opvallend positief over deze “Titanic meets Aliens”, als ik de teksten op de hoes mocht geloven. Iemand had zelfs de moed om Deep Rising te vergelijken met Titanic en te beweren dat Deep Rising beter was geregisseerd. Aldus London Evening Standard.

Als ik de eerste scènes van Deep Rising zie, heb ik het idee dat deze film wel erg hard moeten werken om het torenhoge niveau van James Camerons meesterwerk te overtreffen. Ik denk echter niet dat Stephen Sommers, die ook het heerlijke The Mummy, draaide, een grootse rampenfilm voor ogen had. Hij concentreert zich eerder op de duistere dieptes van de zee, waarin van alles rondzwemt. Wat nu als zo’n zeemonster naar de oppervlakte komt?

Voor wij op dat punt zijn gekomen moeten de personages worden geïntroduceerd. John Finnegan en Joey Pantucci zijn ingehuurd door een groep piraten om naar een onbekende locatie te varen. Daar is een enorm cruiseschip met veel rijke gasten en een ton aan valuta aan boord. Ook de dievegge Trillian James is aanwezig om de portemonnees van haar medepassagiers lichter te maken. Dan wordt het schip getroffen door een ramp.

Het moment dat John, Joey en de piraten zijn aangekomen, treffen zij een verlaten schip aan. Alhoewel, verlaten? Denk eerder aan gevilde lijken en bloed op de muren. Welke gek heeft zich hier uitgeleefd? De mannen willen het antwoord niet afwachten, dat zal het zeemonster worst wezen. Zijn toetje is gearriveerd. Tijd om zijn laatste gang naar binnen te werken.

Ik vraag mij toch af waar de vergelijking met Titanic vandaan komen. En helemaal wie het in zijn hoofd haalde om Sommers’ monsterfilm beter te waarderen dan Camerons epos over het zinkende schip. Ik bedoel, ja, Sommers houdt het tempo hoog en zorgt met het slijmerige mensen etende zeemonster voor meer spanning dan Cameron dat deed met zijn spektakel. Maar toch…

Deep Rising is zeker geen film die ik iemand aan zou raden, ik heb mij prima vermaakt. Zoals Treat Williams het zei: “Fun. Just fun.” En dat is de perfecte manier om Sommers’ slijmerige en bloederige monsterfilm samen te vatten. Van de niet altijd even overtuigende effecten tot de hilarische teksten van Simon (“is astma iets dat je zomaar krijgt, of word je ermee geboren…?”), categoriseert Deep Rising zich in het hokje “zo slecht dat het goed wordt.”

Het blijkt trouwens dat Titanic net voor Deep Rising in de bioscoop verscheen. Vermoedelijk probeerden de critici nog wat hype te creëren voor Sommers’ monsterfilm. Dat kan de iets te enthousiaste aanbevelingen op de hoes verklaren.

Regie: Stephen Sommers. Met: Treat Williams en Kevin J. O’Connor

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.