Van mij mag het hele superheldenuniversum zo onderhand imploderen tot een minuscuul beetje niksigheid. Maar ja. Dan heb je daar Spider-Man: Across the Spider-Verse, het vervolg op de verrassende hit Spider-Man: Into the Spider-Verse. En dan hoor je de geruchten over de meesterlijke kwaliteit van deze animatie, en dat die bovendien onbeschaamd vol is gepropt met zoveel personages en verhaallijnen dat de plot bijhouden gegarandeerd hoofdpijn oplevert, en dat er op stilistisch gebied zoveel gebeurt dat de gemiddelde bioscoopbezoeker er knettergek van wordt.
Iemand die – op zijn tijd – juist houdt van visuele overdaad zou ervan kunnen genieten. Laat ik nou toevallig zo iemand zijn. En dan denk ik toch weer, “ach, waarom niet, laat ik het proberen.”
Spider-Man: Across the Spider-Verse pikt de draad van zijn voorganger op en vat in koortsachtig hoog tempo samen wat er allemaal voor is gevallen. Gwen Stacey werd gebeten door een radioactieve spin, ontwikkelde superkrachten, kwam onverwacht tegenover haar beste vriend Peter Parker te staan die ze per abuis doodde…
Wacht.
Ging Spider-Man: Into the Spider-Verse niet over Miles Morales? Die door een radioactieve spin was gebeten en daarna lijnrecht tegenover zijn oom kwam te staan, die als superschurk de straten onveilig maakte? Of ben ik gewoon iets vergeten? Ik heb geen idee. Maar Gwen is een heerlijk bijdehandje die de sarcastische opmerkingen moeiteloos uit haar mouw schudt, dus mij hoor je niet klagen.
Als de film na een lange introductie dan aan komt zetten met de begintitels en pompende muziek, kan ik alleen maar denken “geef mij meer van deze hyperkinetische energie”. Ook als dit vaag gedoe met meerdere universums, spinnen in verkeerde dimensies en bedreigende anomalieën betekent. Spider-Man: Across the Spider-Verse vertelt het verhaal met zoveel schwung en zelfvertrouwen dat ik mij vanzelf mee laat zuigen in de opeenstapeling van krankzinnigheden.
En dan zitten er ónder die krankzinnigheden nog serieuze lagen. Miles krijgt te maken met een identiteitscrisis, Gwen heeft een problematische relatie met haar vader, en dan heb je antagonist Spot met zijn diepgaande (en op zich wel begrijpelijke) haat naar Spider-Man. Ik doel dan trouwens op Miles. Want net als in zijn voorganger lopen er ook in deze film verschillende Spider-Mans rond.
Ook leuk is hoe flexibel er met de animatiestijl om wordt gegaan. Er zijn scènes waarin per shot doodleuk wordt gehusseld met kleuren en technieken. Het effect is vervreemdend, knetterend en hyperactief. Misschien net iets te veel van het goede en een iets te grote aanval op de zintuigen, het verveelt in elk geval geen tel. Je zou Spider-Man: Across the Spider-Verse met een beetje goede wil kunnen vergelijken met een opgefokt jazz-concert van ruim twee uur.
Ik blijf nog steeds van mening dat het genre van de superheldenensemble meer dan genoeg uit is gemolken. En toch slaagt Spider-Man: Across the Spider-Verse er wonderwel in om mijn aandacht vast te houden. Deze superheld mag, wat mij betreft, nog wel even blijven.
Ik ben ook te volgen op letterboxd.