Het grootse The Great Escape is gebaseerd op het ongelooflijke, waar gebeurde verhaal van een groep krijgsgevangenen die via een ondergrondse tunnel uit een kamp ontsnapte. De oorspronkelijke gebeurtenis is door Paul Brickhill beschreven in de gelijktitelige roman, de begintekst van de film maakt duidelijk dat het verslag om commerciële redenen is aangepast. Ofwel, neem deze non-fictie evengoed met een flinke korrel zout. Dit neemt niet weg dat The Great Escape sinds zijn verschijnen in 1963 een klassieker is geworden die bekend staat als één van de betere titels uit zijn genre.
Er is een legendarische scène met Steve McQueen die met de motor op de vlucht slaat voor de nazi’s. Richard Attenborough speelt mee als Engelse officier (ik kende hem alleen van Jurassic Park en wilde hem graag in zijn jongere jaren zien) en dan zijn daar ook nog Charles Bronson, James Garner en Donald Pleasence. Acteericonen en doorleefde koppen, verzameld in een epische film over een spectaculaire ontsnapping.
Het eerste uur van The Great Escape speelt zich af tussen de barakken, bunkers en het prikkeldraad. McQueen is Hilts, de ontsnappingskoning die altijd weer door de Duitsers terug wordt gevonden. Samen met de Schotse Ives (Angus Lennie), die al geruime tijd door het prikkeldraad omringd wordt en de wanhoop nabij is, smeed hij een nieuw plan om het kamp stiekem te verlaten. Hij weet niet dat Bartlett (Attenborough) aan dezelfde missie werkt. Maar dan wel met een ambitieuzer doel: ontsnappen met 250 mannen. Misschien dat samenwerken een goed idee is?
Deze helft wordt voornamelijk besteedt aan de opbouw van de plannen en de personages. In mijn ogen niet het meest enerverende deel van The Great Escape, de acteurs bezitten genoeg persoonlijkheid om te doen verlangen naar meer. Intrigerend ook hoe de verschillende acteerstijlen samenkomen. De autoritaire uitstraling van Attenborough tegenover de rebelse McQueen. De jongensachtige Garner met de meer ingehouden en bescheiden Pleasence. The Great Escape is perfect gecast. Niemand overheerst, iedereen neemt zijn eigen plek in.
Voor mij werd het pas echt spannend na de ontsnapping, toen de personages zich in de buitenwereld moesten redden. De uitbraak van deze types blijft natuurlijk niet onopgemerkt. Elke krant bericht erover, iedere soldaat staat op scherp. Zullen onze helden hun doelen halen? Wacht ze alsnog de kogel? Of, erger nog, een retourtje kamp?
The Great Escape blijft plagerig het lot van de personages in het midden houden, laat ze balanceren op een heel dun koord. Dan, na een lange omweg (de film duurt niet voor niets bijna drie uur) maakt regisseur Jim Sturgess, tot mijn verbijstering, een keurige cirkel. Ik had veel van deze oorlogsklassieker verwacht. Maar zeker niet dit.
Het verhaal van The Great Escape, ook met zijn aangepaste details, is en blijft ongelooflijk. Lagen de Duitsers te slapen toen de tunnel werd gegraven? Maar de grootste ironie is dat het kamp juist bedoeld was om de beruchtste ontsnappingkunstenaars scherp in de gaten te houden. Ja, dan vraag je er ook wel om dat de gevangenen een dergelijke stunt uithalen.

Regie: Jim Sturgess. Met: Steve McQueen en Richard Attenborough