Ik had totaal geen interesse om Samaritan te gaan kijken. Ik bedoel, Sylvester Stallone als gevallen superheld die tegen zijn zin in bevriend raakt met een jongen en het opneemt tegen straattuig? Is dit niet eerder een rol voor een krachtpatser die daadwerkelijk kan acteren? Stallone kan leuk poseren met een geweer of in de ring staan met bokshandschoenen, daar houdt het ook wel mee op. Meer omdat mijn filmplannen plots veranderden dan dat ik Samaritan evengoed een kans wilde geven, besloot ik hem dan toch maar op te zetten. Het begin is nochtans niet zo heel slecht.
Verteld als een tot leven gebracht stripboek presenteert Sam Cleary (Javon Walton) ons de voorgeschiedenis van Samaritan en diens tweelingbroer Nememis. Na de tragische dood van hun ouders barst er een pittige broederstrijd los die eindigt met de dood van Samaritan. Of toch niet? Sam koestert een obsessie voor de superheld en weet honderd procent zeker dat zijn humeurige buurman Joe Smith (Stallone) eigenlijk Samaritan is. Waarom? Omdat Joe onverslaanbaar blijkt. Vuisten, knuppels, messen, kogels, niets deert hem.
De enige manier om hem te verslaan – zijn kryptonite zogezegd – is een door Nemesis gesmeden hamer. En laat die hamer nou in handen zijn gekomen van Cyrus (Pilou Asbaek), een zwaar getatoeëerde bendeleider die in Nemesis de voorvechter van de zwakkeren ziet. Gezien de superheldenbroers er niet meer zijn, werpt hij zich op als vervanger van de zogenaamde “slechte” broer. Tijd voor de armen om de macht te grijpen!
Tot mijn verrassing doet Stallone het best aardig als geknakte superheld. Zolang hij zijn mond houdt en leunt op zijn fysiek, straalt hij zowaar iets gevaarlijks uit. Dit is geen kerel waar je ruzie mee wil hebben. En als hij weer lekker om zich heen kan meppen staan zijn ogen vol vuur en vlam. Ik had niet gedacht dit ooit nog te zeggen, maar Stallone is eigenlijk best vermakelijk als verlopen superheld. Hij neemt natuurlijk de lading van zijn eigen filmgeschiedenis mee (Rocky en Rambo), wat erg goed gekoppeld kan worden aan de achtergrond van Samaritan. Ook hij is immers vergane glorie.
Wat nog meer verrast is hoe Samaritan probeert om nog iets zinnigs te zeggen. Als Sam tegenover de onvoorspelbare Cyrus staat, beweert de getatoeëerde gek dat Nemesis de ware held was. Hij stond op voor de onderdrukten, terwijl Samaritan de rijken beschermde. Wie van de twee was nou de échte superheld? De anarchist die opriep tot opstand, of de handhaver die de rust wilde bewaren? Het is vrij opzichtig jatwerk uit andere films (denk Joker), regisseur Julius Avery doet tenminste zijn best boven het gemiddelde uit te stijgen.
Het is makkelijk om in Samaritan de zoveelste egotripperij van Stallone te zien. Wellicht is dat ergens ook zo. Hij blijft maar terugvallen in de rol van actieheld, terwijl de jaren hem duidelijk in beginnen te halen. Toch vond ik het een aangenaam filmpje om gezien te hebben. Zolang er geen vervolg komt – nog een franchise voor Stallone, stel je voor… – vind ik het prima.

Regie: Julius Avery. Met: Sylvester Stallone en Javon Walton