Ik ben en blijf liefhebber van de fantastische genres, tussendoor honger ik ook eens naar verhalen die met beide benen op de grond staan. Even geen superhelden die de wereld moeten redden of parallelle universums die dreigen te imploderen. Gewoon een eenvoudig plot over mensen die wat over zichzelf leren. Binnen de speeltijd van twee uur. Wat dat betreft zat ik helemaal goed met C’mon C’mon van Mike Mills. Journalist Johnny (Joaquin Phoenix) krijgt de taak om zoveel mogelijk kinderen te interviewen over diepgaande levensvragen, waar hij nog verrassend mooie antwoorden op krijgt.
Johnny’s zus Viv (Gaby Hoffmann) ziet haar huwelijk uiteenrafelen als haar partner Paul (Scoot McNairy) opnieuw een psychische episode beleeft. Of Johnny alsjeblieft langs komen om voor zolang op Vivs zoontje Jesse (Woody Norman) te passen? In iedere andere situatie zou dit een normale vraag zijn, de relatie tussen Johnny en Viv is verre van optimaal. Toch komt Johnny naar ze toe om zich over zijn hyperactieve en gevoelige neefje te ontfermen.
Het is een beetje zoeken voor de twee. Vooral Johnny moet wennen aan Jesse’s excentrieke karaktertrekken. Zijn neefje is dol op zogenaamde rollenspellen waarbij hij onder meer pretendeert een wees te zijn. Of hij loopt weg tijdens stressvolle situaties, volgens Viv om dan te testen of Johnny het hoofd koel houdt. Ik ben de eerste die bij dergelijke acties zuchtend mompelt dat dat joch eens normaal moet doen. Eerlijk, ik vind Jesse af en toe ondraaglijk, het mysterieuze buitenbeentje dat het bloed onder je nagels vandaanhaalt.
Als Viv langer wegblijft en de oppassessie wordt uitgerekt, is het even doorbijten voor zowel Jesse als Johnny. De twee familieleden groeien aarzelend naar elkaar toe, bouwen een broze band op die bij een woord uiteenspat. Maar ze komen er wel. Jesse weet Johnny zowaar tot introspectie te dwingen. Het negenjarige kereltje is ook gek op vragen stellen en wil graag weten wat zijn oom en moeder uit elkaar dreef. Is het niet beter om de strijdbijl te begraven, het stukgelopen contact te herstellen? Mills heeft dan al in flashbacks laten zien dat Johnny en Viv heel anders tegen hun ouders aankeken. Hoe vertel je aan een jong kind dat de oplossing niet zo makkelijk is?
Jesse is niet mijn favoriete personage, net als Johnny ben ik hem evengoed gaan mogen. Misschien omdat hij ook probeert te overleven in een onvoorspelbare gezinssituatie. Viv probeert voor Jesse het beste en veiligste huis te bouwen, ik vermoed dat hij echt wel weet dat het niet klopt. Zulke stress kan nogal wat gevolgen hebben voor zo’n jonge geest.
Het gedrag van Jesse kan ook veroorzaakt worden door de genen van zijn vader. Zie maar hoe Paul verdrinkt in zijn manie en paranoia, totaal door kan slaan. McNairy heeft weinig tekst, hij roept een nerveuze energie op waar ik de jeuk van krijg. Het zou mij niets verbazen als zijn gejaagde bloed door de aderen van Jesse stroomt. Ik hoop vooral dat dit jongetje een betere toekomst tegemoet gaat.
Phoenix is een gepokkelde en gemazelde acteur die zoals altijd een intensiteit met zich meedraagt, Norman doet niet voor hem onder. Ook tegenspeelster Hoffmann is in het bezit van een stevige uitstraling. Ik las dat zij haar acteercarrière op een laag pitje had gezet en nu weer vaker op de set verschijnt. Hoffmann heeft een heerlijk magnetische aantrekkingskracht die zij als vanzelf weet te activeren en ik hoop echt dat C’mon C’mon uitnodigt tot meer acteerklussen. Dit is iemand die voor de camera hoort te staan.
Deze film was alles wat ik hoopte. C’mon C’mon is een lekker drama dat na de aftiteling ook echt is afgelopen. Johnny, Jesse en Viv tonen zich veerkrachtig en kunnen hun levens weer hervatten. Niet als drie individuen, maar als familie. Iets zegt mij dat dit trio elkaar nog vaak zal bezoeken.

Regie: Mike Mills. Met: Joaquin Phoenix en Woody Norman