Waarom nu deze obsessie?
Ik heb de zes lijvige boeken uit Karl Ove Knausgards autobiografische cyclus Mijn Strijd, waarin de schrijver tot in het pijnlijkste detail zijn leven beschrijft, eindelijk uitgelezen.
Waarom Mijn Strijd van Karl Ove Knausgard?
Zes boeken lang zag ik een personage met exact dezelfde ambities en dromen. Hij moet alles beschrijven wat op zijn pad komt, van simpele boodschappen tot het analyseren van een muziekstuk. Ik herken hierin een behoefte tot controle, om alles naar eigen inzicht te vormen.
Ik herkende mij ook in zijn ongeduld, analytische blik en onverzadigbare nieuwsgierigheid naar muziek, boeken, films en andere kunstuitingen. Daarnaast is hij vriendelijk, gevoelig, creatief en onzeker. Hij is een ingewikkelde man met vele lagen die hij per boek afpelt. Dat levert hele ongemakkelijke scènes op, door hun waarachtigheid zijn ze ook erg ontroerend.
Het laatste deel, Vrouw, is het ultieme slotstuk. In de vijf voorgaande boeken dacht Knausgard alleen aan zichzelf en zijn monsterproject, maar nu hij zijn zin heeft gekregen worden ook de gevolgen zichtbaar. Zo beschuldigt zijn oom Gunnar hem van smaad en glijdt zijn vrouw Linda weg in manie. In een interview zou Knausgard zijn magnum opus beschreven hebben als Faustiaans, ermee bedoelend dat hij de relatie met zijn familie en vrienden voor deze boeken heeft opgeofferd.
Knausgard is heel diep gedoken en ik zwom altijd achter hem aan. Het is voor hem een intense rit geweest en na afloop stopt hij ook met schrijven. Dat is zijn laatste mededeling, de laatste zin die hij op papier zet. Daarna is het boek afgelopen. En daarmee de cyclus. Nooit was afscheid nemen van een personage zo verdrietig. Er gebeurde niets en tegelijkertijd zo verschrikkelijk veel in de Mijn Strijd-boeken. Ik heb er een nieuwe lievelingsschrijver bij.