Ik ben een echte tijdneuroot die altijd wil weten hoe laat het is en er een pesthekel aan heeft om ergens laat te arriveren. Alleen daarom al had ik hooggespannen verwachtingen voor Clockwise, een komedie met in de hoofdrol de immer geniale John Cleese. Als Brian Stimpson is hij de obsessief punctuele rector van een middelbare school. Hij verwacht die eigenschap ook van zijn omgeving en wijst leerlingen en collega’s altijd op de klok. Tot zijn vreugde wordt hij toegelaten tot een exclusieve club van rectors. Hij moet een toespraak houden maar mist door een stom ongeluk zijn trein.
Er is werkelijk geen denken aan dat Brian te laat bij zijn inwijding aankomt en stuntelt zich een weg naar de plek waar hij geëerd zal worden. Werkelijk alles wat fout kan gaan loopt fout. Cleese, die hiervoor nog deel uitmaakte van Monty Python en hun surrealistische humor, valt als altijd op met zijn boomlange gestalte en precieze mimiek. Zijn rol als Brian is niet wezenlijk anders dan de onbewogen en autoritaire figuren die hij eerder vertolkte, dat maakt hem niet minder grappig.
Ook zijn tekstbehandeling is briljant. Cleese kan met uitgestreken smoel de droogste dialogen verheffen tot komedie-goud. Het is die sarcastische manier van presenteren, de gebiedende toon in zijn stem. Hoe langer een hinderlijke situatie aanhoudt, hoe duidelijker de irritatie, tot het niveau tot elf wordt opgevoerd en de woede naar buiten barst. Wanneer hij eindelijk zijn toespraak mag houden, blijven er mensen de zaal binnenlopen en spuwt Brian zijn frustraties eruit. Er is echt niemand die zo grappig kwaad kan worden als Cleese.
Clockwise wist maar net zijn budget terug te winnen.
Als ik kijk naar de film op zich kijk ben ik minder enthousiast. Eigenlijk best een tikje teleurgesteld. Waarom wordt Brian nou behandelt als een eikel? Hij is zo flexibel als een spijker en dat maakt hem niet het makkelijkste personage, het enige wat hij wil is die toespraak houden. Dat is alles. Laat die man toch lekker zijn ding doen. Hij doet verder toch niemand kwaad?
Brians toenemende paniek dat de wijzers steeds dichter bij zijn deadline komen, raakt op den duur ook wel uitgewerkt. Om de tijdhumor af te wisselen met andere kolder sloopt Brian telefooncellen, glijdt hij uit in de modder en neemt een bad in het klooster. Het is vooral een reeks sketches die nauwelijks bij elkaar aansluiten. Het moet natuurlijk moeite kosten om van A naar B te komen, de obstakels lijken er met de haren bijgesleept.
Wat mij betreft is het dan ook Cleese die Clockwise redt van de middelmatigheid. Hij zei het script geweldig te vinden, ik denk ook niet dat iemand anders de rol van Brian zo goed had kunnen spelen. Cleese heeft zo’n unieke aanwezigheid en weet zo goed hoe hij zijn soepele lichaam moet inzetten, dat hij van Brian hoe dan ook een grappig personage maakt.
Als liefhebber van de tijd hoopte ik dat Clockwise meer zou geven.
Ik had daarom zo graag meer sympathie voor Brian gezien. Meer medeleven. Genade, zo je wil. Waarom moet de politie erbij worden gehaald? Waar is de vernedering op het einde goed voor? Ik verwacht echt geen zoetsappigheid waarbij iedereen elkaar knuffelt, komedie is gebaat bij pijn. Maar het lot is Brian wel erg ongunstig gezind. Cleese had in dat licht liever een ander einde gezien. Ik sluit mij daar helemaal bij aan.
Als liefhebber van de tijd hoopte ik dat Clockwise meer zou geven. Misschien meer chaos of absurdisme, zoals in Monty Python. Of een hoger, koorstiger tempo, waarbij zo vaak naar de klok wordt verwezen dat de tijd als een monsterlijke Brian in de nek hijgt. Clockwise wist maar net zijn budget terug te winnen. Twee jaar later zou Cleese zijn echte klapper maken met A Fish Called Wanda.
Regie: Christopher Morahan. Met: John Cleese en Alison Steadman