Ik had zin in een luchtige film van eigen bodem en kwam uit op In Oranje, geschreven door Frank Ketelaar en geregisseerd door Joram Lürsen. Misschien een merkwaardige keuze omdat het een voetbalfilm is. Ik heb dit spel nooit aantrekkelijk gevonden. Toch vond ik het een prachtige film. De elfjarige Remco (Yannick van de Velde) is helemaal gek van voetbal en droomt van voetballen op professioneel niveau. Zijn doel is kwalificatie voor het nationaal elftal. Hij traint keihard en bekommert zich nauwelijks om bijzaken. Het voetbal gaat altijd voor alles.
Vader Erik (Thomas Acda), gemodelleerd naar de gemiddelde Hollandse stijfkop die alles beter weet, is net zo gepassioneerd. Hij had ooit dezelfde ambitie, voor hem is die nooit uitgekomen. Zijn hoop is daarom dat Remco wel het elftal haalt en coacht zijn zoon enthousiast vanaf de zijlijn. Met “enthousiast” bedoel ik dat hij Remco’s amateurwedstrijden van kleurrijk commentaar voorziet.
Acda past helemaal in de rol van betweter Erik. Kom bij hem niet aan met slap gelul, daar is hij namelijk veel beter in. Hij is echt de typische Amsterdammer met de grote bek en het kleine hartje, de familieman die zich als leeuw over zijn gezin ontfermt en het niet kan laten zijn gelijk te halen. Remco’s moeder Sylvia (Wendy van Dijk) kijkt glimlachend toe, zusje Suzan (Sterre Herstel) laat het voetballen aan zich voorbijgaan. Maar dan houdt Eriks hart er ineens mee op en blijven de drie in tranen achter. Remco’s liefde voor het voetballen dreigt uiteen te spatten.
Hoe goed iedereen ook staat te spelen (zelfs van Dijk kan ik verdragen), In Oranje is van van de Velde.
Er gloort hoop via vriendje Winston (Dionicho Muskiet). Zijn familie houdt zich bezig met magie en kan Remco in contact brengen met Eriks geest. Het klinkt bizar, het werkt wel. Ineens loopt Remco’s vader rond als geest. Zelfs dan is hij een bemoeizuchtige controlefreak en waarschuwt Remco voor Sylvia’s nieuwe vriend Arend (Peter Blok), die wel eens Eriks positie in zou kunnen nemen. Dat mag toch niet de bedoeling zijn!
Is Remco gek geworden? Of is er wel degelijk magie in het spel? Noch Lürsen, noch Ketelaar geven antwoord op die vragen. Liever laten ze het magisch-realisme voor wat het is en kneden de intense vader zoon relatie tot het hart van In Oranje. Hoe vreemd de gang van zaken ook kan overkomen, Remco is dolgelukkig met de geestverschijning van zijn vader. Nu kan hij tenminste grondig begeleid worden voor zijn weg naar de voetbaltop.
Hoe goed iedereen ook staat te spelen (zelfs van Dijk kan ik verdragen), In Oranje is van van de Velde. Inmiddels is hij medeverantwoordelijk voor het onnavolgbare Rundfunk, in In Oranje speelt hij een nuchtere jongen die de Braziliaanse voetballer Garrincha adoreert. Zijn gedrevenheid werkt zo aanstekelijk dat ik hem zelf toe sta te juichen. Hij gelooft zo sterk in de droom van profvoetballer dat het onmogelijk is hem niet te steunen.
Wie heeft nou niet, net als Remco, een doel waar alles voor moet wijken?
Belangrijk is ook dat In Oranje het voetbal overstijgt. Het gaat over rouwverwerking, doorgaan als de dood langs is geweest. Vallen en opstaan. Loslaten. Volwassen worden. Accepteren dat niet alles te controleren is. Ketelaar weet van de film een breed drama te maken dat buiten het voetbalveld reikt. Wie heeft nou niet, net als Remco, een doel waar alles voor moet wijken? Of een droom die nagejaagd moet worden?
Met In Oranje hebben Lürsen en Ketelaar het ultieme Hollandse sportdrama voor de voetbalfans en de filmliefhebbers gemaakt. Het is niet nodig om de voetbalregels te kennen of te weten over wie Erik en Remco het toch de hele tijd hebben. Al was ik nieuwsgierig genoeg om de genoemde voetballers achteraf te googelen. Ketelaar heeft zijn huiswerk goed gedaan.
Regie: Joram Lürsen. Met: Yannick van de Velde en Thomas Acda