Ik begreep weinig van I’m Thinking of Ending Things, de nieuwste film van Hollywood-excentriekeling Charlie Kaufman. Nadat ik het boek van Iain McReid had gelezen vielen de stukjes samen, en wilde ik de film nog een keer kijken. Een jongen (Jesse Plemons) en meisje (Jessie Buckley) gaan voor het eerst naar de ouders van de jongen. De reis wordt volgekletst met filosofische overpeinzingen van het meisje, en komt langzaamaan in een droomtrip terecht. Tussendoor volgen scènes van een conciërge op een middelbare school. Er is een verband tussen hem en de jonge personages. Maar wat is precies de link? Wat is echt en fantasie?
Is I’m Thinking of Ending Things een bijeengeraapte hoop absurditeiten? Of zit er wel degelijk een betekenis achter? De sleutel zit hem in deze invalshoek: de twee geliefden zijn bedacht door de conciërge. Met dat in het achterhoofd kraakt de kluis van I’m Thinking of Ending Things een stukje open.
Neem nou de eerste scène, waarin de conciërge mompelend voor het raam staat. Tegelijkertijd beschrijft het meisje beschrijft hoe de gedachte “I’m thinking of ending things” zich in haar hoofd nestelt. Alsof hij iets bedenkt, wat door haar wordt uitgesproken. De conciërge wordt op school bespot door twee meisjes, die later terugkomen als pesterige ijsverkopers. Hij heeft ook iets met musicals. Net als de jongen.
Probeer eens om stukjes dialoog tussen het meisje en de jongen uit hun context te plukken. Wat als deze woorden afkomstig zijn van de conciërge? In plaats van een zwaarmoedige gesprek tussen twee jonge geliefden, ontstaat er een overpeinzingstroom van een oude, door het leven getekende man. Het overloze geklets wordt plots een zorgvuldig gecomponeerd essay, waarin de zinnen verwijzen naar de gevoelswereld van de conciërge.
Kaufman kennende is het misschien niet eens de bedoeling om het mysterie achter deze details te ontdekken.
Denk ook aan de eerste zin die steeds terug blijft komen: “I’m thinking of ending things”. Zowel in de film als in het boek wordt gesuggereerd dat het meisje haar relatie wil verbreken. Zo goed kent zij haar lief namelijk niet. Alhoewel zij hem gevoelsmatig al erg lang kent, lukt het haar niet om echt dichtbij hem te komen. De jongen gedraagt zich, zeker richting het einde, steeds afstandelijker. Maar er zit nog een andere kant aan de hypnotiserende zin.
Op het einde stapt de conciërge in zijn auto, om dood te vriezen in de helse kou. Het was niet zozeer het meisje dat bleef kauwen op die fatale woorden. Je zou kunnen zeggen dat de conciërge worstelde met suïcidale gedachtes en zich daar uiteindelijk aan overgaf. Terwijl de hypothermie hem naar een pijnlijke dood leidt, hallucineert hij over de reis naar zijn ouders, vergezelt door een meisje. I’m Thinking of Ending Things, zo is de implicatie, bestond uit de laatste zinsbegoochelingen van een depressieve man. Daarin zit het grootste verschil tussen het boek en de film: Reid maakt die depressie veel explicieter. Bij Kaufman komt de zelfverkozen dood wat uit de lucht vallen.
Zoals ik al tikte, de kluis staat op een kiertje. Waarom wordt het meisje steeds gebeld? Wat is er toch met die hond aan de hand? Wat betekent de scène met de doodgevroren schapen? Welke symboliek schuilt achter de ijsjes? Was de conciërge gek op ijsjes? Kaufman kennende is het misschien niet eens de bedoeling om het mysterie achter deze details te ontdekken. Wel heeft hij zijn meest gedurfde film tot nu toe afgeleverd. Misschien wel zijn beste.