Er was een periode waarin de filmwereld overgolfd werd door een stroom van keiharde, felbloederige horrorfilms uit Frankrijk. Zo waren er de mindfuck Haute Tension, het diep zwartgallige Martyrs en het ultieme bloedbad Inside. Die laatste film zag ik tijdens het voormalige Night of Terror, een horrormarathon waar het baldadig publiek zich echt niet laat afschrikken door wat bloed. Inside liet het publiek tijdens één scène stilvallen. Hoofdpersoon Sarah (Alysson Paradis) is hoogzwanger en in het begin betrokken bij een verkeersongeluk. Haar partner overlijdt.
Zij en haar ongeboren kind moeten door. Als Sarah op een avond alleen thuis is, wordt zij gestalkt door een vreemde vrouw (Béatrice Dalle). De stalker is geïnteresseerd Sarah’s ongeboren baby, die nog veilig in haar buik zit. Gewapend met een schaar dringt de stalker het huis binnen, met de bedoeling om… nou ja, laat ik het erop houden dat een schaar door meer dan alleen papier kan knippen. Maar Sarah laat zich haar kind niet zomaar afpakken. Zij vecht dapper terug en vangt daarbij de nodige klappen op. Tussen de schermutselingen door wordt ons getoond hoe het geweld doordringt in de baarmoeder.
Regisseurs Alexandre Bustillo en Julien Maury zetten de stalker neer als onverwoestbare geestverschijning, een in het zwart geklede moordvrouw die haar tegenstanders met alles te lijf gaat. Naalden, vuurwapens, messen, als het maar binnen handbereik is. Het bloed vloeit niet, het spuit. De badkamer, waar het rode vocht lekker contrasteert met het felle, witte licht, verandert in een mortuarium waar de schoonmaker nog moet langskomen. Puur gekeken naar plot zou Inside ook als thriller kwalificeren. De expliciete, grafische aanpak duwt deze Franse horror vér buiten het genre. Dit is geen thriller, maar een keiharde overlevingshorror.
Inhoudelijk gaat het niet al te diep, visueel en psychologisch daagt Inside de kijker behoorlijk uit.
Omdat alleen twee vechtende personages op den duur saai kan worden (hoeveel ledematen er ook lek worden geprikt), gooien Bustillo en Maury er een handvol pechvogels in om Inside nog droefgeestiger te maken. Sarah’s baas en moeder komen polshoogte nemen. Er komt politie langs. De stalker duldt niemand tussen haar en haar doelwit. Naargelang de gruwelnacht vordert stapelen de lijken zich op en vult het huis zich met bloed.
Zoals ik al aangaf was er één scène die de hele zaal voor heel even het zwijgen oplegde. Ik kon iedereen horen denken “nee.” Gewoon “nee.” Als ik hem nu weer zie kost het nog steeds moeite om niet weg te kijken. Die scène is de apotheose van Inside, de enig denkbare climax die past. Geen climax om snel te vergeten. Dat geldt trouwens voor de hele film. Inhoudelijk gaat het niet al te diep, visueel en psychologisch daagt Inside de kijker behoorlijk uit.
Rgie: Alexandre Bustillo & Julien Maury. Met: Alysson Paradis en Béatrice Dalle