En zo heb ik 600 recensies bij elkaar getikt. Toch een mooie prestatie, zeker voor een blog dat ruim twee jaar geleden is ontstaan. Voor nummer 600 beoordeel ik de film waarvoor acteur Jim Carrey absoluut een Oscar had moeten krijgen: Man on the Moon, over de onbegrepen komiek Andy Kaufman. Het begin van dit komische drama is net zo ontregelend als de kunsten van Kaufman. Hij komt op, en deelt droogjes mede dat deze film zo vol onzinnigheden over zijn leven zit, puur voor dramatisch effect, dat die “baloney” is weggesneden. En daardoor, nou ja, is de film zo kort geworden dat dit ook meteen het einde is.
Andy zet een plaatje op, de eindtitels rollen over het scherm. En dan gaat het beeld op zwart. Voor heel even dringt zich de ongelooflijke vraag op: is dit nu serieus bedoeld? Gelukkig niet, want de komiek komt weer tevoorschijn. Ah, jullie zijn er nog! Dan gaan we alsnog van start… Welkom in de wondere wereld van Andy Kaufman. Als iedereen denkt dat hij naar rechts gaat, stuurt hij bruusk naar links. Zijn humor is om een plaat op te zetten en dan de hele act onbeweeglijk naast de platenspeler te staan. Er is maar één regel die hij playbackt.
Maar hij weet ook een perfecte imitatie van Elvis Presley te geven. Of gaat helemaal op in het personage van Tony Clifton, een onbeschofte nachtclubzanger. Die acts zijn toegankelijker, al is dat niet wat de komiek wil. Hij houdt van doorwrochte grappen, waarbij het idee achter de grap net zo belangrijk is als de grap zelf. Hij is een eigenzinnige artiest die steeds stuit op onbegrip. Wie wil hij nou eigenlijk vermaken, vraagt zijn manager. Zichzelf, of zijn publiek?
Niet iedereen zal zijn humor waarderen of zelfs begrijpen, ik blijf het hilarisch vinden.
Wat ik vooral zo knap vind, is dat Jim Carrey een precieze reconstructie geeft van Kaufmans sketches, zonder dat het kunsmatig wordt. Ook Tony Clifton brengt hij griezelig realistisch tot leven. Volgens de documentaire Jim & Andy: The Great Beyond weigerde Carrey zijn personage op te geven, en was hij ook tussen het filmen door bloedirritant. Ik kan mij goed voorstellen dat het niemand iets kon schelen dat Carrey hier één van zijn beste acteerprestaties opvoerde.
Niet iedereen zal zijn humor waarderen of zelfs begrijpen, ik blijf het hilarisch vinden. Wie staat er tegenwoordig nog op het podium met zulke tegendraadse humor? Man on the Moon is niet zozeer een mooie biopic over Andy Kaufman, eerder een ode aan zijn waanzinnige hersenkronkels. Hij was uniek, verfrissend en volstrekt authentiek. Een man die humor en kunst perfect wist te verenigen.