Eergisteren was Voordracht! achter de rug, gister leverde ik op de Schrijversvakschool mijn eindwerk voor het tweede jaar in. Er kwam een eind aan weken van bloed, zweet, tranen, schrijven, schaven en schrappen. Om de zenuwen af te koelen dronk ik een Cava en sprak met nog wat medestudenten. Erg lang kon ik niet blijven rondhangen, ik had in Utrecht afgesproken met een groepje vrienden. Eerst gezamenlijk eten, daarna films kijken. Die films, daar gaat het nu natuurlijk om voor FilmBekeken. Komende tijd wordt het weer tijd voor de dagelijkse recensies en hoe dat beter te beginnen dan met een Double Bill?
Sharknado 3: Oh Hell No! (3-6-2017/Anthony C. Ferrante/Ian Ziering en Tara Reed)
Deel 1 en 2 heb ik al met mijn vrienden gezien, het is dan ook alleen maar logisch deel 3 te gaan kijken. Dit zijn nou het soort films die je ofwel grondig haat ofwel briljant vindt. Korte samenvatting: haaien worden via tornado’s uit zee gezogen en op het vasteland geworpen. Iedereen die in hun weg zit wordt als lekker hapje beschouwd. De film zit vol hilarische dialogen, verschrikkelijk acteerwerk en beschamende speciale effecten. Kortom, het valt perfect te combineren met een biertje (of twee) en chips met salsasaus. Deel 1 en 2 zijn nog heerlijk foute films, ik kan mij niet van de indruk onttrekken dat deel 3 een dikke middelvinger is. Natuurlijk is het belachelijke film, maar je kan toch wel een béétje moeite erin stoppen? Ik bedoel, we beginnen met een haaienaanval op het Witte Huis, dan spoelt de film doodleuk verder in de tijd, en wordt er slechts sporadisch gerefereerd naar de sharknado in Washington. En kunnen de makers met een budget van ruim 2 miljoen dollar(!) niet wat betere camera’s gebruiken, of wat meer realistische effecten inzetten? Het zijn de verkeerde vragen bij een dergelijke film, maar je hebt slecht, en je hebt “waarom-nemen-wij-eigenlijk-nog-de-moeite” slecht. De toppunten (of dieptepunten) zijn een rolletje van David Hasselhoff en de scène waarin Fin Shepard (Ian Ziering) iets heel speciaals uit een haai haalt.
Kong: Skull Island (3-6-2017/Jordan Vogt-Roberts/Tom Hiddleston en Brie Larson)
Een filmavond moet je goed gevarieerd houden. Dus na een tenenkrommende monsterfilm ga je naar een goede monsterfilm. Nu wil ik niet zeggen dat Kong: Skull Island een meesterwerk is, maar het is wel een verademing vergeleken met de haaientornado. In Kong: Skull Island gaat een groepje soldaten en ontdekkers naar een eiland genaamd Skull Island, waar iets mysterieus zit te broeden. Natuurlijk is dit mysterie niks minder dan King Kong zelf. Maar dan blijkt er nog meer rond te kruipen en vliegen. En Kong wordt door de eilandbewoners als een God beschouwd. Dit geeft de film, in tegenstelling tot de versie van Peter Jackson, net even een andere lading. Wat ik vooral kan waarderen is dat de makers moeite doen het verhaal meer achtergrond te geven. Zo creëren ze een hele eigen wereld en mythologie rondom Kong, waardoor hij meer is dan alleen die reusachtige gorilla. Hij schijnt zelfs familie te hebben gehad en beschermt de eilanders tegen andere gevaren. Jammer genoeg krijgen de personages niet dezelfde diepgang mee. Tom Hiddleston loopt er vooral bij als mooiboy, Brie Larson maakt alleen foto’s en lijkt ook vooral als eyecandy dienst te doen. Dan is bijvoorbeeld Samuel L. Jackson als soldaat die doordraait veel spannender. Of een verrassende John C. Reilly die heerlijk balanceert op de grens van grappig en knettergek. Het einde verwijst naar vervolgen die op hun beurt weer een complete franchise impliceren. In tegenstelling tot de superheldenfilms is dit nu een eventuele filmserie waar ik wél nieuwsgierig naar ben.