Jim Jarmusch leek een tijdje geleden even de weg kwijt te zijn met het pretentieuze en weinigzeggende The Limits of Control. Hij kwam echter terug met de vampierfilm Only Lovers Left Alive en nu dan Paterson. Een film over een buschauffeur, Paterson, die gedichten schrijft. Hij is getrouwd met de prachtige Laura (Golshifteh Faharani), gaat ’s avonds even naar de kroeg, en gaat de dag erna weer aan het werk.
Je gaat je bijna afvragen hoe Jarmusch erin slaagt dit gegeven tot bijna twee uur te rekken. En toch doet hij het. Juist omdat het zo doodsimpel is, komt er meer nadruk op allerhande details. Hoe Paterson in zijn bierglas kan staren, bijvoorbeeld. Dat hij elke dag de brievenbus recht moet trekken. Hoe hij en zijn vrouw elke ochtend wakker worden, en zijn vrouw vertelt over haar droom. En dat hij elke avond weer die hond moet uitlaten.
Het voortkabbelende ritme van Paterson heeft iets hypnotiserends, als een gedicht dat steeds dezelfde regels herhaalt waardoor elk woord op zich een kunstwerk wordt. Dat Paterson zelf gedichten schrijft, waarin hij onder meer zijn gevoelens voor zijn vrouw beschrijft, versterken het poëtische gevoel.
Maar alleen mooie scènes en gedichten maken nog geen meesterwerk. Driver, bekend van de hitserie Girls en de nieuwe Star Wars, zet een perfecte Paterson neer. Hij is geen extravert personage en is gelukkig met hoe zijn leven is. Hoe vaak zijn vrouw er ook op aandringt dat hij zijn gedichten aan andere mensen laat lezen, voor hem hoeft het niet. Het is goed zo. En dat is precies wat Paterson zegt: het leven is al prachtig in de kleinste dingen. Van het wakker worden naast je geliefde, tot het drinken van een glas bier.
Het is niet de opwindendste film van het jaar, maar wel één van de mooiste. Eentje om te koesteren, dat sowieso.
Een gedachte over “Paterson”